Niets leuker dan op vreemde wegen mountainbiken, zeker als die een exotische kleur hebben. Toch kan de Oegandese ‘red dirt’ je het leven ook flink zuur maken. Natgeregend zorgt de rode aarde voor een plakboel die zich tussen elk tandwiel wringt, droog verandert de weg in een waanzinnige stofwolk. Maar eens je gaat mountainbiken in Oeganda en door het prachtige tropische landschap fietst, trek je jezelf van die ongemakken niets meer aan. Vraag het maar aan redacteur Mike Steegmans, die voor Far Out naar Afrika trok.
Een mountainbike is het perfecte middel om de savanne, de bergen en cultuur van Zuidwest-Oeganda te leren kennen. In plaats van alles veilig van achter glas in een ijzeren doos te bekijken aan 60 kilometer per uur, word je verplicht te vertragen en krijg je goede vibes van de plaatselijke bevolking. De paadjes die inwoners gebruiken om naar hoofdwegen, akkers of huizen te gaan, leveren voor wie wil mountainbiken in Oeganda eindeloos interessante tracks op.
Mountainbiken in Oeganda
Thies Timmermans is een Nederlander die in Oeganda woont en daar volop probeert om de lokale fietsscène te promoten met zijn bedrijf Red Dirt Uganda Mountainbike Centre. Twee initiatieven waar hij aan meewerkt, zijn de Kampala Cycling Group – een initiatief om jongeren op de koersfiets te krijgen – en de Easy Sunday Morning Rides, die elke zondag in de hoofdstad Kampala plaatsvinden. Daar komen vooral expats met de mountainbike op af, maar evengoed ook enkele lokale fietsers. Met Red Dirt Mountainbike Adventures organiseert Thies meerdaagse begeleide MTB-tourtochten door Oeganda. Dit verhaal gaat over de tour die ik met hem maakte in december 2016. Een dik 300 kilmeter lange trip Van Fort Portal tot Lake Bunyonyi, door een natuurpark de bergen in richting de tropische regenwouden waar berggorilla’s leven.
Opgepast voor olifanten
Fort Portal ligt aan de voet van het massief van Rwenzori, de hoogste berg van Oeganda en de vierde hoogste van Afrika. De regio is vooral gekend voor haar vele meren in kraters van oude vulkanen. Het is een omgeving met veel bananenplantages op hoge heuvels. Met andere woorden: een perfecte opener voor de trip. Korte klimmetjes en afdalingen de eerste dagen zijn goed om aan de hoogte van Oeganda te wennen. Het netwerk van mogelijke tracks hier is oneindig, want de lokale bevolking gebruikt overal paadjes om van hun bananenplantages of akkers naar hun huis of de hoofdweg te gaan.
Op het einde van dag twee brengt een minibus ons zo’n dertig kilometer verder naar de Tembo Safari Lodge, net voor het Queen Elisabeth National Park. Vlakbij de grote meren en een rivier krijgen we hier onze eerste smaak van de wildernis te pakken. In de verte zien we een nijlpaard uit de rivier het dorpje inwandelen. Wie wil, kan hier ook een bootsafari doen.
De volgende dag fietsen we zeventig kilometer op een rechte weg doorheen het natuurpark. We hopen veel coole dieren te zien en bidden dat we niet door een van hen aangevallen worden. Vreemd genoeg zijn leeuwen hier niet de gevaarlijkste dieren, maar moeten we vooral oppassen voor olifanten en waterbuffels. Hier en daar staat een olifant naast het pad, alleen rijd ik er bijna elke keer voorbij zonder hem te zien. Het gevoel van ‘Gaat hij ons aanvallen of niet? Moeten we snel doorfietsen of niet?’ geeft absoluut een extra portie adrenaline aan de voorts ietwat saaie rechte grindweg. De schoonheid van de savanne maakt er helemaal een heerlijke dag van.
Het tropisch regenwoud in
Dag vier wordt de topdag van de trip, ook al lijkt ze op papier eigenlijk de saaiste. Geen dieren te zien, geen speciale singletracks gepland of spectaculaire landschappen in het vooruitzicht… Het wordt een overgangsetappe in het mountainbiken in Oeganda, maar wat voor één! We vertrekken beneden in de vallei in de savanne en doorkruisen vervolgens het voorgebergte, met theevelden in 1001 schakeringen van groen. ’s Avonds eindigen we de rit in de tropische wouden hoog in de bergen: het land van de berggorilla’s.
Het hoogtepunt van de dag wordt de shortcut die we besluiten te nemen. In plaats van de geplande route langs de grotere dirtroad te nemen, rijden we via kleinere aardewegen door enkele dorpen. Dat wil dus zeggen extra singletracks, maar vooral een superenthousiaste lokale bevolking die blij is om de witte Mzungus te kunnen begroeten. Good vibes en lachende gezichten genoeg om het komende halfjaar zelf met een happy-face door het leven te slenteren. Terwijl de aanmoedigingen van de Oegandezen langs de weg ons letterlijk vooruit stuwen, is het nóg leuker te zien dat de kinderen oprecht blij zijn met onze passage en niet het op voorhand ingestudeerde “Give Me My Money”-riedeltje afdrammen.
Gorilla’s in the mist
De voorlaatste dag van de trip bestaat uit regenachtige uren van dalen en klimmen over de aardewegen van het regenwoud, waar enkele van de laatste overblijvende groepen van berggorilla’s ter wereld leven. Tussen Buhoma en Ruhija passeren we twee hotspots voor gorillatrekkings. Wie extreem veel geluk heeft, kan onderweg in de buurt van zijn overnachtingsplaats ook gorilla’s zien.
Op dag zes, helaas de laatste, rijden we fullspeed naar beneden over de wegen van het Bwindi Impenetrable National Park, tot aan het Bunyonyimeer. Gelukkig regent het niet vandaag, zodat we extra weinig moeten remmen. In het gebied rond dit wondermooie meer kan je eigenlijk al een week rondfietsen zonder jezelf te vervelen. Doet je achterwerk pijn, dan kan je als afwisseling altijd een kanotripje ondernemen. Misschien moeten we dat ook maar eens doen.
Een fietstrip op maat
Thies Timmermans van Red Dirt Uganda Mountainbike Center kan voor jou een mountainbiketrip op maat samenstellen. Hij wordt hiervoor bijgestaan door fietsmecanicien/gids/chauffeur Yusufu, die al grote delen van Oost-Afrika doorfietste als wielrenner en begeleider van fietsteams. Gemiddeld rijd je 50 tot 70 kilometer en 500 à 1500 hoogtemeters per dag, om op een totaal van rond de 350 kilometer uit te komen. www.reddirtuganda.com
Lees voor vertrek ook deze MTB-tips voor Afrika. En bekijk zeker de mooie fotogalerij!