Home Bestemmingen Borneo met tieners

Borneo met tieners

0
Borneo met tieners
© Shutterstock

Het is een bestemming die al lang op de bucketlist van manlief stond. Anderhalf decennium zo waar. Eerst verhuisden we onverwacht naar de andere kant van de aardbol (de reisgids van Borneo hadden we zelfs al aangeschaft), vervolgens kwam onze tweeling eraan, toen verscheen Covid op het toneel en voor we het wisten was het 2023 en onze tweeling 13. Een ideale leeftijd voor een avontuurlijke outdoorvakantie in Borneo met tieners.

Foto’s: fam. Burgmans-Gyles, tenzij anders vermeld

Ons oorspronkelijke plan was om Sabah te bezoeken, in het noordoosten van Borneo. Tot een vriendin die in het onafhankelijk sultanaat-staatje Brunei was opgegroeid ons op die tweede Maleisische staat wees: Sarawak, ‘het land van de neushoornvogels’ in het noordwesten van Borneo. Groter dan Sabah (124 450 km2 tegenover 73 904 km2), dunner bevolkt (22 mensen/km2 versus 46 mensen/km2) en nog vrij onontdekt. Toen we na wat opzoekwerk uitvonden dat we zouden vliegen op de ‘kattenstad’ Kuching en dat dit een prima uitvalsbasis is om enkele van Borneo’s beste nationale parken te verkennen, was de beslissing snel gemaakt.

Een mengelmoes van culturen

Aangekomen in Kuching valt de mengelmoes aan culturen meteen op. Draai de hoek om en je botst tegen een kleurrijke Chinese tempel, terwijl verderop een muezzin vijf keer per dag tot gebed oproept. Dit terwijl de Iban of Zee-Dayaks hier eigenlijk de grootste bevolkingsgroep vormen. Zij werden door de lokalen panjamon (koppensnellers) genoemd. Blijkbaar was het tot halverwege de 20ste eeuw niet ongebruikelijk om een vijand te onthoofden, de schedel te bewaren en een pluk haar aan het heft van je mes of parang te bevestigen als trofee… In totaal zijn er tientallen etnische groepen, waaronder de Bidayuh, Orang Ulu, Kayan, Kelabit, Melanau en Penan.

Een uitstekende plek om je ontdekkingsreis te starten, is het nieuwe Borneo Cultures Museum. Trek meteen een dag uit om in de indrukwekkende collecties verdeeld over vijf verdiepingen te duiken. Je leert er meer over de stammen, longhouses, medicijnmannen en lokale gebruiken. En over de witte radja’s, een dynastieke monarchie van de Britse familie Brooke die van 1841 tot 1946 over Sarawak regeerde. Twee andere niet te missen musea zijn het openluchtmuseum Sarawak Cultural Village, op ongeveer drie kwartier van Kuching, en het kattenmuseum. Klinkt als iets voor de kinderen, maar eerlijk, het is ook voor volwassenen interessant.

Werelderfgoed Gunung Mulu

We starten het avontuurlijke deel van onze reis in het noordelijkste puntje van Sarawak. Met een propellervliegtuig vliegen we over de uitgestrekte jungle naar Mulu, een dorp waar je niet over een weg (tenzij een waterweg) heen kan. Het plan: de komende week een machtig stukje Unesco Werelderfgoed verkennen, namelijk het nationaal park Gunung Mulu. Aangekomen in onze B&B, Benarat Lodge, vullen we meteen onze drinkflessen voor de Paku Valley Loop. Dit is een van de weinige wandelingen die je (na je naam en vertrektijd op een whiteboard te hebben geschreven) zonder gids mag lopen. Wifi is er niet in de lodge en elektriciteit alleen als de generator aanstaat tussen 6 en 11pm, wat maakt dat de kinderen niet eens protesteren.

Twintig minuten de wandeling in, kruist een jonge jagende Berawan ons pad, halfnaakt en met zijn blaaspijp in de hand. Het uiteinde van de dart is in gif gedoopt, meestal afkomstig van een oepasboom en in seconden fataal. We passeren hem stomverbaasd en zwijgend, ook de kinderen zeggen niets. De jungle is dik, met vreemde planten en al even vreemde insecten. Dik anderhalf uur later komen we aan bij de Pakuwaterval, een prachtige plek waar
de vissen tussen je benen door zwemmen. De Canopy Walkway – de langste boomtoppenwandeling ter wereld! – is jammer genoeg gesloten voor onderhoud en de uitkijktoren ook. Elk voordeel heeft duidelijk zijn nadeel; reizen in het laagseizoen is heerlijk rustig, maar betekent ook dat je flexibel moet zijn.

Hoger en meer

Moesten onze kinderen ouder zijn, dan hadden we zeker de gegidste trek van drie dagen naar de top van de Pinnacles gedaan. De minimumleeftijd hiervoor is 16 jaar en je moet alle materiaal en eten zelf dragen. Je start met een jungletrek naar Camp 5, waar je in een koude rivier kan bekomen van de tocht. De volgende ochtend vertrek je bij zonsopgang naar de mini-Pinnacles. Vervolgens wacht het zwaarste deel: een ontzettend steile klim van een paar uur over 16 ladders en scherpe rotsen.

Zandsteenformaties en gigantisch grotten

In Gunung Mulu stelen de zandsteenformaties tot 2376 meter hoogte en indrukwekkende grotten de show. Er zijn er slechts vier toegankelijk voor het publiek en dit enkel met een gids: Deer Cave, Lang Cave, Clearwater Cave en Wind Cave. Deer Cave is de grootste grot ter wereld. Hij is even hoog als breed (120 m) en meer dan twee kilometer lang. Wanneer de avond valt, verlaten miljoenen vleermuizen de grot, naar verluidt een indrukwekkend schouwspel. Alleen jammer dat ze zich de avond dat we hen opwachten in een indrukwekkend amfitheater van natuur en rotsen niet laten zien. De extra bonus vandaag is de interessante nachtwandeling naar de uitgang van het park, wanneer andere dieren ontwaken.

De volgende dag staat Clearwater Cave op het programma. Doorheen een doolhof van gangen stroomt een ondergrondse rivier die midden in de jungle uitmondt in een kristalheldere poel: ideaal voor een verfrissende duik of – in mijn geval – om in te springen als je allergisch bent voor wespen en er door enkele achterna wordt gezeten. Canyoning kan je hier ook doen, maar we voelen er geen van allen iets voor om ons in het pikkedonker door de soms erg nauwe gangen te wurmen. Bovendien hebben we al
200 oneven trappen in de kuiten zitten, dus zeker voor onze tieners is zwemmen en luieren voor de rest van de namiddag genoeg.

“Borneo was ontzettend mooi! Ik vond het geweldig om zoveel verschillende dieren te zien die je nergens anders op aarde vindt. Het lekkere eten en de kookworkshop voor een dag (met bezoek aan de lokale markt) waren ook geweldig. Mijn favoriete deel van Borneo was Mulu, een erg afgelegen nationaal park met veel groen, grotten, watervallen en erg aardige mensen. Deze vakantie in Borneo was geweldig en ontspannend. Ik zou er 100% weer heen gaan.” – Sem, 13 jaar

Op zoek naar orang-oetans

De reden waarom Borneo op de bucketlist stond, zijn de orang-oetans en het feit dat je ze in Sarawak nog in het wild kan zien. Vanuit Kuching heb je drie opties. Wil je kans maken om deze mensapen echt in het wild te zien, zorg dan dat je drie à vijf dagen tijd hebt voor Batang Ai National Park, zo’n 250 km ten oosten van Kuching. Onderweg kan je overnachten in traditionele longhouses en kennismaken met de Iban. Je gaat echt back to basics, maar daar krijg je een authentieke jungle-ervaring voor terug. In het park zelf leven behalve orang-oetans ook neushoornvogels, wilde zwijnen, herten en diverse andere apensoorten.

Een tweede optie is een dag doorbrengen in het Matang Wildlife Center, in Kubah National Park, op drie kwartier rijden van Kuching. Voor Covid kon je hier deelnemen aan het Heart2Heart-programma en een dag meelopen met de verzorgers. Dit leek ons fantastisch, maar het centrum blijkt gesloten te zijn. Voor onderhoud, tijdelijk, permanent? Geen idee…

Rest ons de derde optie: Semenggoh Wildlife Center, op een halfuurtje van Kuching. Op hun Facebookpagina houden verzorgers bij welke apen zich wanneer laten zien. Het is immers fruitseizoen en dan vinden de apen voldoende voedsel in de jungle. Maar we hebben geluk: eerst komt Saddamiah enkele bananen halen en vervolgens laat Sigat zich zien. En dan staat de  27 jaar oude Edwin plots op het platform, hij is voorlopig nog de baas, maar blijkbaar trachten een aantal mannetjes hem van de troon te stoten.

Krokodillen in de Zuid-Chinese Zee

Andere bijzondere apensoorten vind je in Bako National Park, het oudste en een van de kleinste nationale parken van Sarawak, op  37 km van Kuching. Prima voor een daguitstap, maar als je meer tijd hebt, reserveer dan tijdig een van de eenvoudige lodges in het park. De laatste boot terug over de pittoreske Santubongrivier vertrekt namelijk al rond 14 à 15 uur waardoor je niet veel tijd hebt voor de fantastische hikes. Uitstappen uit de boot, doe je ‘op eigen risico’, vertelt een bordje ons. In de warme Zuid-Chinese zee leven namelijk krokodillen en een aanlegsteiger is er niet…

We zijn nauwelijks vijf minuten aan land of we spotten hoog in de bomen al een neusaap (proboscis). Wat een bijzonder grappig dier! Er zijn in totaal 18 bewegwijzerde wandelingen van een paar honderd meter tot een zestal kilometer. Maar vergis je niet, want het zijn echte jungletochten aan 1,5 km/uur. De flora is bijzonder afwisselend en onderweg krijg je neusapen, baardzwijnen, enorme varanen en stoute makaken te zien. De kustlijn zelf is bezaaid met prachtige inhammen en vreemde rotsformaties. Een prachtig park, met een minder vaarwel toen een mannetjesmakaak agressief uithaalde naar dochter- en manlief. Blijkbaar kruisten we onbewust de brug over de mangroven toen papamakaak al aan de andere kant was, maar zijn familie nog niet.

© Sarawak Tourism Board

Stinkbloemen in het park

De stinkbloem in de Plantentuin in Meise is niet de enige reuzenbloem die honderden bezoekers trekt. In het nationaal park Gunung Gading bloeit de Rafflesia, een parasitaire bloemplant die bekendstaat als de grootste bloem op aarde. Hij heeft vijf rode bloembladen en een diameter tot wel een meter. Een nieuwe bloem doet er ongeveer 9 maanden over om zich te ontwikkelen en bloeit vervolgens vier tot zeven dagen. Vol spanning houd ik de Facebookpagina van het park in de gaten. Chinees nieuwjaar komt en gaat, en onze vertrekdatum nadert, maar de dikke knop van vorige week is nog steeds geen bloem.

Wandelen kan je in het park ook, dus besluiten we het erop te wagen. Onderweg passeren we het stadje Lundu, waar je prima kan blijven om de watervallen, warmwaterbronnen, stranden en natuurparken in die hoek van Sarawak te bekijken. Onderweg is het al flink beginnen regenen. Blijkbaar hebben we de afgelopen weken geluk gehad, met hooguit een flinke stortbui per dag en verder flink wat zon. De paden in het park zijn glad en de twee watervallen waar je normaal kan zwemmen, hebben zich vandaag ontpopt tot wildwaterrivieren. Dus nee, geen stinkbloem en ook geen zwempartijen vandaag, maar wel een prachtige wandeldag als afsluiter – op de eerste en enige bloedzuiger van de vakantie na.

Borneo had landschappen die foto’s niet konden vastleggen.
Zo mooi! net als de herinneringen die we hebben gemaakt. Om nog maar te zwijgen over het eten! De drukke straten waren mijn favoriet. Al die aroma’s van superlekkere gerechten, kruiden en vers fruit die de lucht vulden… Het enige wat ik niet leuk vond,
is getuige zijn van een gigantische duizendpoot langer dan mijn voet over me heen kroop tijdens de tropische wandeling in Mulu. En de geur van guano oftewel vleermuispoep.
– Hanna, 13 jaar

Vergeet dit zeker niet!

  • Lichte regenjas en -broek voor onverwachte buien.
  • Muggenspray en anti-jeuk.
  • Dicht geweven voetbalsokken of anti-bloedzuigersokken.
  • Lichtgewicht droogzakken.
  • Waterfles of waterzak en een compacte waterfilter.
  • Lichte, waterdichte trekkingschoenen met veel grip.
  • Het is het hele jaar door tropisch vochtig en warm.
  • Een goede zak- of hoofdlamp voor nachtelijke jungletochten.
  • Waterschoenen voor kajaktochten en trekkings langs en door rivieren.
  • Lichte slaapzak en een muskietennet voor meerdaagse tochten.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

14 + 1 =