Home Nieuws Lees Far Out Online 2024 > Lente/Zomer In de ban van Cape Wrath: trailrunnen in de Schotse Hooglanden

In de ban van Cape Wrath: trailrunnen in de Schotse Hooglanden

0
In de ban van Cape Wrath: trailrunnen in de Schotse Hooglanden
(c) Shutterstock

“A superb and challenging route for experienced long-distance backpackers, the passes through magnificent wild landscapes.” Een snelle Google-search laat niet veel aan de verbeelding over: superb, challenging, experienced, and magnificent; meer hebben we niet nodig om de keuze voor ons volgend avontuur in een definitieve plooi te leggen.

Tekst: Koen Meeussen / Foto’s: Koen Meeussen, tenzij anders vermeld

Fast forward naar een vroege ochtend begin mei, wanneer we onze veters vastknopen met nog een laatste blik op Fort William. Klaar voor een van de meeste epische loopervaringen uit ons leven: een magische tocht van vierhonderd kilometer en meerdere duizenden hoogtemeters dwars door de woeste Highlands tot aan het meest Noordwestelijke punt van Schotland: Cape Wrath. Daar zouden we de vuurtoren aantikken en ons even de helden van de dag wanen. Maar zover zijn we nog niet: tussen droom en daad staan immers wetten in de weg en praktische bezwaren, zo wist Elsschot al. In ons geval zijn dat vele kilometers waar verrassing, avontuur, vreugde en tranen om elke hoek loeren.

Klaar? Start!

Nog snel die veters en looprugzak dubbelchecken, en we zijn klaar om ons over te geven aan het echte Schotland. Het plan? De Cape Wrath trail afleggen in negen etappes. Frederik en ikzelf als lopers, en Georges als derde compagnon die met de camper telkens naar de volgende slaapplaats rijdt, op een plek waar een zeldzame asfaltweg de trail kruist. Ons dagelijks eindpunt wordt dus niet zozeer bepaald door wat we fysiek aankunnen, maar door wat logistiek haalbaar is.

DAG 1: Hallo Harry Potter

De eerste dag is meteen stevig: 50 kilometer en 1288 hoogtemeters. Beentjes nog fris, de mindset nog ongerept en met de eerste tien kilometer relatief vlak over een rustig weggetje lijkt dit een kant-en-klaar hapje. Stilaan vernauwt het pad om uiteindelijk volledig te verdwijnen tussen de eerste Glens. Niet-bewegwijzerd en vaak wars van elk pad zijn een goede kaart én satelliettelefoon hier een echte must.

Al snel vertoeven we in boggy-land; drassig en oneffen. Als dit het terrein is voor de rest van de trip… Dan is het hoog tijd om onze hoogmoed in te slikken. Dit kunnen wel eens lange en zware dagen worden. Ons eerste rustpunt ligt bij het Glenfinann-monument. Wat een massa volk! Blijkt dat dit treinviaduct in Harry Potter-films voorkomt op weg naar Hogwart’s Castle.

Enkele tientallen meters verder keert de stilte en verlatenheid gelukkig terug. Na een lange, steile afdaling over ruig terrein is meteen duidelijk dat we beter wat meer aan onze quadriceps hadden gewerkt. Zeker gezien morgen een zware etappe wacht, richting Shiel Bridge.

DAG 2: Een loodzware dag

Dag 2, 61 kilometer en 2575 hoogtemeters. Wandelgidsen beschrijven de eerste 25 kilometer van deze etappe als een loodzware dag, zelfs voor ervaren hikers. Wij hebben meer dan het dubbele op de planning staan, weliswaar met een veel lichtere rugzak, maar dat het zwaar zal worden, staat in de sterren geschreven. De lange afstand en de vele hoogtemeters, daar konden we ons wel iets bij voorstellen. Maar de Highlands zijn toch andere koek. Springen en balanceren over ruwe en rotsige stukken, dat is pure fun. Maar de zompige, hobbelige graslanden knagen aan ons vertrouwen. Van lopen, is geen sprake. Ploeteren luidt het motto.

En toch: “Zie ons hier nu lopen in het midden van nergens, terwijl de rest van de wereld achter een stoffig bureau naar een scherm zit te staren.” Dat hadden we immers aan elkaar beloofd: niet klagen: nooit. Nee, genieten, van elk moment en met volle teugen. En hoeveel geluk met het weer kan een mens hebben!

Tijd voor onze eerste rivieroversteek. Schoorvoetend het ijskoude water in en snel naar de overkant. Waar de eerste rivierdoorwading nog spannend is, verlangen we er al gauw naar om onze steeds meer geteisterde voeten af te koelen in ijskoud bergwater. In plaats van rivieren dwars over te steken, lopen we er soms honderden meters doorheen. Zalig. Zeker met achter elke heuvel een nieuw vergezicht: een Loch in de verte als ijkpunt van de route, of plots uit het niets een prachtige waterval. De natuur is werkelijk ongelooflijk. En het koude pilsje bij aankomst die dag zeker ook!

DAG 3: Lord of the Rings

Met 48 kilometer en 1876 hoogtemeters is ook dag 3 niet meteen een rustdag te noemen. Namen als Achnashellach, Wester Ross, River Elchaig en Falls of Glomach lijken wel uit Lord of the Rings gegrepen. Het ene onwaarschijnlijke uitzicht volgt het andere op. Die Falls storten zich trouwens met een waanzinnig gekletter meer dan 100 meter de diepte in, ongeëvenaard in het ganse Verenigd Koninkrijk. Dit is werkelijk een van de meeste ongerepte en mooiste landschappen van West-Europa. Zo dichtbij, maar o zo anders: ruw, gevormd en door de eeuwen heen geslepen door de noeste grillen van de Schotse weergoden.

Het is op een van de vele rotsige afdalingen dat een moment van onoplettendheid me overvalt. Naar beneden lopen, stenen ontwijken en ondertussen navigeren, blijkt een te hoog gegrepen combinatie. De wreef van m’n voet ramt op volle snelheid een rotsblok. “Niet aan denken, gewoon verder lopen en straks de schade opmeten”, schiet het door mijn hoofd. En dat lijkt ook te lukken, afleiding genoeg. Die dag slapen we aan een riviertje, waardoor we niet onder een eerste wasbeurt uit kunnen. Uiteraard zijn de beruchte Schotse midges ook van de partij. Met een hilarisch muskietennet op genieten we met volle teugen na.

DAG 4: Niet klagen, nooit zagen

De volgende ochtend blijkt mijn voet dik en gezwollen. Een doosje brufen vergezelt me de rest van de trip, maar gelukkig lijkt er niets structureels geraakt. Om mijn voet in mijn schoen te krijgen, moet ik wat vroeger opstaan dan de rest. Maar we gaan niet klagen noch zagen. Bovendien, ook bij Frederik steken de eerste kwaaltjes de kop op. Dag vier heeft gelukkig heel wat minder kilometers in petto: 35 kilometer en 1521 hoogtemeters. Onderweg ontmoeten we in een bothy (een wildernishut) een fijn Hollands-Iers koppel dat al wandelend Schotland doorkruist. Die avond kleurt de hemel gitzwart en wist een pittig onweer onze sporen uit. Gelukkig zijn we ondertussen veilig bij de camper en kunnen we een paar uur later beschutting én een simpele, maar lekkere spaghetti aanbieden aan onze bothy-avonturiers, die doorweekt kwamen aangestrompeld.

Dag 5: Pracht en praal

Dag 5 is weer een marathondag van 42 kilometer. En met 1389 hoogtemeters is het opnieuw allerminst een vlakke etappe. Op het einde heeft de trail een extreem steile en padloze afdaling door kniehoog struikgewas voor ons in petto. Een martelgang voor mijn voet. Frederik daarentegen verdwijnt als een huppelende berggeit gezwind uit het zicht. Eens beneden wacht een fijne verrassing: een authentieke begraafplaats met prachtige, eeuwenoude zerken. Ingetogen dwalen we op de begraafplaats rond, genietend van zoveel melancholische pracht en praal.

Dag 6 & 7: Richting de eindsprint

Dag 6 (aankomst na 37 kilometer in Oykel Brigde) en dag 7 (32 kilometer naar Inchnadamph) zijn korter en beter beloopbaar, maar het weer is op zijn slechtst. Blij dat we op een halve dag klaar zijn en meer rust kunnen inlassen voor het lichaam én voor de voeten. De voorlaatste dag daarentegen zit er weer boenk op. 53 kilometer en 2098 hoogtemeters zijn op zich al een uitdaging, maar als je dag ook nog eens begint met een loodzware klim over een flank bezaaid met grote stenen en rotsblokken, dan weet je dat je gaat afzien. Gelukkig zijn we erg vroeg op pad en tikken we de eerste bergtop al onder de eerste ochtendzon weg. De rest van de dag is ronduit pittig: steile klimmetjes, spekgladde afdalingen, lange stroken door zompige moeras, kille regenbuien vanuit het niets en een snijdende oceaanwind… We zitten maar op 600 meter boven zeespiegel, maar het lijkt alsof we hoog in te Alpen vertoeven. Four seasons in one day. Nog 1 etappe te gaan.

Dag 8: De steen van Noor

De laatste dag is in vele opzichten speciaal. Het gevoel van een laatste examen na een intense blokperiode. De weg naar Rhiconich verloopt dankbaar over asfaltweggetjes en biedt prachtige vergezichten. Na een klein uurtje komen we via een wandelpad aan op misschien wel dé toplocatie van onze tocht: Sandwood Bay. De unieke rotsformatie van Am Buachaille en de stormvogels, papegaaiduikers en aalscholvers op de kliffen maken het feestje compleet. Het voelt extra speciaal om hier m’n Noorsteen te kunnen achter laten: een beschilderde kei ter nagedachtenis van Noor, die vorig jaar als jonge tiener de strijd tegen kanker verloor. [hier foto Cape Wrath 15] Van een emotioneel moment gesproken.

En de emoties ebben niet meer weg. Eenmaal uit de baai bunkeren we op en af heuveltoppen waarbij de natuur ons onophoudelijk verblijdt met panoramische vergezichten. Mijn voeten beginnen echter rood en blauw uit te slaan. Een teken dat de limiet bijna is bereikt en het einde nu wel in zicht mag komen. En dan, na 31 kilometer en een kleine 1000 hoogtemeters doemt plots de vuurtoren op. Nog een laatste spurt voor we met een rugzak vol herinneringen en indrukken de Cape aantikken. We gaan eerlijk zijn: we laten een traan. Maar wat een absolute aanrader!


LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

acht − 8 =