Home Lees Far Out Online 2016 Hoe wandel je met wandelstokken? Tips van een expert

Hoe wandel je met wandelstokken? Tips van een expert

0
Hoe wandel je met wandelstokken? Tips van een expert

In de jaren stilletjes associeerden men de wandelstok met mensen die niet meer goed te been waren. Vandaag zijn het verlengstukken van menig wandelaar, hiker en zelfs trailrunner, al kijken sommigen die viervoetige mensen nog steeds met een tikje medelijden aan. Onterecht! Want zelfs wie totaal geen last heeft van zijn gewrichten, is er toch mee gebaat. Maar hoe wandel je met wandelstokken?

Tekst: Toon Verlinden

Hoe wandel je met wandelstokken? Een goede vraag. “Wanneer je stijgt, zak je wat in elkaar”, vertelt Jeroen de Wit, wandelstokkenexpert bij Leki. “Je begint voorover gebogen te lopen. Daardoor daalt je longinhoud en zeker in de ijlere berglucht wil je dat juist vermijden. Een kleinere longinhoud zorgt immers voor een slechtere uithouding.” Is het je trouwens al opgevallen dat geen enkel bergdier op twee poten loopt? Vier poten zijn stabieler en verdelen de last beter en met twee wandelstokken in de hand, krijg je als mens hetzelfde voordeel. Zo loop je minder kans op blessures en wandel je meer in balans. Daardoor kan je ook beter om je heen kijken in plaats van in elkaar gedoken naar je voeten te moeten staren om ervoor te zorgen dat je niet struikelt. Het excuus ‘Ik ben gezond en heb sterke knieën’ houdt dus weinig steek. Waarom zou je die sterke knieën doelbewust gaan belasten?

Hoe wandel je met wandelstokken?

  1. Stel de lengte van je stok in zodat je arm een hoek maakt van negentig graden. Dat wil zeggen dat je de stok in stijgend terrein korter moet maken en in dalend terrein een stuk langer. Probeer die hoek van 90 graden ook tijdens het wandelen een beetje in je arm te houden.
  2. Steek je hand onderlangs in de lus. Op die manier heb je een betere grip op je stok en moet je niet continu hard in het handvat knijpen. Het is ook beter voor je pols.
  3. Als je wandelt, plaats de stokken dan neer volgens de meest natuurlijke manier van wandelen. Dus: rechterbeen/linkerstok en linkerbeen/rechterstok. Zonder stokken zwaai je ook op die manier met je armen en benen. Het geeft de meeste stabiliteit.
  4. Twee stokken zijn beter dan één stok. Met twee stokken ben je stabieler en verdeel je de balans correcter. Dit gezegd zijnde: beter één stok in de hand, dan geen stok.

Lees deel 2 van dit artikel ‘Wandelstokken kopen? Enkele zaken waarop je moet letten.’