“What’s next?” luidt zo’n beetje de centrale vraag in het leven van Belgisch avonturier Louis-Philippe Loncke. Zelfs met een rits aan ’s werelds eerste expedities zonder externe hulp en vier officiële FKT’s (fast known times) op zijn naam krijgt de Mad Belgian maar geen genoeg van exceptionele uitdagingen groot en klein.
Hoe is het met…
‘Mad Belgian’ Louis-Philippe Loncke?
Louis-Philippe, zo’n Covid-jaar hakt erin. En toch heb je niet stilgezeten. Vertel!
“In 2020 voltooide ik de ‘Everest Bueren Challenge’ mét 15 kg bepakking. 135 keer de 374 trappen op van de Montagne de Bueren in Luik, een van de meest extreme trappen ter wereld. Dat zijn evenveel hoogtemeters als… de Everest. Samen met Ivan Dunsmore, die ik leerde kennen via het Jane Goodall Institute, hebben we daar een kortfilm van gemaakt. Met deze uitdaging wilde ik verpleegkundigen een hart onder de riem steken, die elk dag voor zo’n immense uitdaging stonden. Voor mezelf was er de mentale noot: als dit lukt, moeten de 773,4 km en 25 000 hoogtemeters van de Haute Route de Pyrenees (HRP) ook lukken. En voilà: de zondag daarna startte ik aan de HRP.”
In 2021 volgde een wat kunstzinniger project: Confined in My tent?
“Hiervoor liet ik me inspireren door Rockall, een kleine rotspunt in de Atlantische Oceaan. In de laatste 200 jaar hielden slechts vijf mensen het daar langer dan een nacht uit.Zo’n statische expeditie had ik nog nooit gedaan. Maar omdat ik het kon verbinden aan fondsenwerving voor VivaForLife leek het me wel een plan. Zo verbleef ik een week lang in mijn tent, op een platform op 10 meter hoogte bungelend voor de kathedraal in Doornik, omhooggehouden door een kraan. Met deze uitdaging wilde ik het begrip ‘vrijheid’ definiëren. Voor mij stopt vrijheid waar de vrijheid van anderen begint. In 2022 wil ik de actie herhalen voor ‘De Warmste Week’.”
En een maand later vertrok je naar Zweden?
“Klopt, daar legde ik dik 500 km van het Koningspad (Kungsleden) af in 18 dagen en 9 uur (zijn 4de FKT). Opnieuw volledig autonoom, zonder hulp van buitenaf. Ik had een rugzak mee van ongeveer 30 kilogram, plus een opblaasbare boot en een peddel. Hiermee kon ik de zeven meren op mijn route oversteken. Je kan dat ook met een veerboot of een taxiboot, maar dan is het natuurlijk geen autonome expeditie. Het hoogste punt op de hoogste berg van Zweden, de Kebnekaise, was trouwens een van de mooiste uitzichtpunten waar ik ooit heb op gestaan. Adem-be-ne-mend!”
Wat hebben meer dan 15 jaar aan expedities je geleerd?
“Hoe scherp je zintuigen kunnen zijn. Van de 2de, 3de week in de wildernis staan al je zintuigen op scherp. Cruciaal als je moeilijke beslissingen moet nemen in buitengewone situaties. Je bent je er van bewust hoeveel impulsen je in een ‘betonkooi’ te verwerken krijgt. Lawaai is ook pollutie en een ramp voor onze hersenen. Daarom wil ik dus geregeld ‘weg’ zijn van alles, niet alleen een digitale detox, maar ook een mensendetox. We weten dat dat de natuur stressverlagend werkt. Niet voor niets schrijven artsen in Schotland ‘wandelen in het bos’ als geneesmiddel voor.”
De bijnaam ‘Mad Belgian’ is na je expeditie van 2018 in Tasmanië blijven plakken. Vraag je jezelf niet telkens af waarom je het doet, al dat afzien?
“Ik ben en blijf behalve avonturier ook een idioot van een ingenieur. Voor mij zijn die uitdagingen een soort puzzels. Hoe geraak ik van A naar B, in moeilijke omstandigheden, alleen en toch zo snel mogelijk. Het helpt dat ik ondertussen (Red.: Loncke’s eerste ‘World First’ dateert al van 2006) mijn lichaam beter heb leren kennen. Ik weet wanneer ik ‘op’ ben, hoe lang ik in een bepaald terrein en onder bepaalde omstandigheden over een kilometer doe, hoeveel water ik verbruik bij 40 graden, hoe ik mijn energie het beste beheer. In ‘mijn jonge jaren’ kende ik mijn limieten veel minder.”
Wat is je volgende ‘mad plan’?
“Vier kortfilms afwerken! Met als eerste The Mad Belgian: Keep Walking. Het idee is om ze alle vier nog dit jaar rond te krijgen. Genoeg materiaal, inclusief vragen, voor een conferentie van een drietal uur. Maar eerst ga ik nog samen met een Brusselaar en een Vlaming de volledige Semois volgen van bron tot Maas. Een ander plan is om door België te fietsen van het meest westelijke tot het meest oostelijk punt, via het geografische centrum in Nil-Saint-Vincent, een kerkdorp in de gemeente Walhain. De uitdaging is om niet in slaap te vallen. Dan lig ik in het kanaal…”